donderdag 3 mei 2012

Onrechtmatig verkregen bewijs toch toelaatbaar

Vz. Rechtbank Utrecht, 20 april 2012. De inspecteur voor de Gezondheidszorg had aan een zorginstelling een verbod opgelegd om op twee van haar locaties cliƫnten te huisvesten en te begeleiden zolang zij niet aantoonde dat voldaan werd aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg.

Dit besluit was o.a. gebaseerd op informatie die was verkregen doordat een toezichthouder de kamers van cliĆ«nten van de zorginstelling was binnengetreden. De zorginstelling betoogde dat de kamers als woningen moesten worden beschouwd, dat de toezichthouder geen toestemming had om deze woningen te betreden en dat daarom het bewijs dat daardoor was verkregen onrechtmatig was en buiten beschouwing moest worden gelaten.

Op grond van artikel 5:15 lid 1 Awb is een toezichthouder bevoegd om elke plaats te betreden, met uitzondering van een woning zonder toestemming van de bewoner. Voor het binnentreden van een woning zonder toestemming van de bewoner is op grond van artikel 2 lid 2 van de Algemene wet op het binnentreden (Awbi) een schriftelijke machtiging vereist

De Afdeling heeft eerder geoordeeld dat uit artikel 12 van de Grondwet in samenhang met artikel 2 lid 2 Awbi het grondrecht strekkende tot onschendbaarheid van de woning uitsluitend toekomt aan de bewoner van de woning. De voorzieningenrechter komt op basis daarvan tot het oordeel dat het bewijs dat is verzameld doordat de woningen in kwestie in strijd met artikel 5:15 lid 1 Awb zonder toestemming van de bewoners zijn binnengetreden uitsluitend onrechtmatig is verkregen ten opzichte van de bewoners. De voorzieningenrechter oordeelt derhalve dat het bewijs wel is toegelaten jegens de zorginstelling.
LJN: BW3365 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten