De Afdeling oordeelde dat de rechtbank daarmee te ver was gegaan en dat een rechter in de regel niet op grond van artikel 8:72 lid 3 Awb een last onder dwangsom kan opleggen. Ik citeer de betreffende overwegingen van de rechtbank:
"Onder verwijzing naar haar uitspraak van 18 mei 2005 in zaak nr. 200407773/1 overweegt de Afdeling dat de bestuursrechter als regel niet op de voet van artikel 8:72, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht behoort over te gaan tot het opleggen van een last onder dwangsom. Uitgangspunt is dat de uitoefening van deze bevoegdheid bij het bestuursorgaan berust. Hoewel in beginsel van de bevoegdheid handhavend op te treden gebruik dient te worden gemaakt, zullen niettemin alle relevante belangen die door de te nemen beslissing worden geraakt, moeten worden afgewogen. Deze afweging omvat onder meer de vraag of handhavend zal worden opgetreden door middel van bestuursdwang of door het opleggen van een last onder dwangsom, de omschrijving van de last, de lengte van de begunstigingstermijn, de hoogte van de dwangsom en het bedrag dat maximaal kan worden verbeurd. Deze afweging behoort primair tot de taak van het bestuursorgaan. Er bestaat geen aanleiding om in dit geval op dit uitgangspunt een uitzondering te maken."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten