donderdag 9 februari 2012

Spoedeisende bestuursdwang met opschriftstelling achteraf

ABRvS, 8 februari 2012. Het college van B en W van Maasdriel had om 10.30 uur bij een pand waar buitenlandse werknemers waren gehuisvest een overtreding geconstateerd van artikel 1a Woningwet, het Gebruiksbesluit en het Bouwbesluit. Om 17.00 uur werd aan de overtreder meegedeeld dat besloten was tot het toepassen van spoedeisende bestuursdwang. Om 19.15 uur werd bestuursdwang toegepast. Een dag later werd het besluit op schrift gesteld en twee dagen later werd het verzonden. 

De overtreder betoogde dat als een overtreding om 10.30 uur wordt geconstateerd en pas om 19.15 bestuursdwang wordt toegepast de situatie niet dermate spoedeisend was dat een op schrift gesteld besluit niet afgewacht had kunnen worden. Met dat argument had de overtreder succes in beroep, maar in hoger beroep vernietigt de Afdeling de uitspraak van de rechtbank. De Afdeling overweegt:
"Dat het college na constatering van de overtredingen om 10.30 uur niet onmiddellijk tot toepassing van spoedeisende bestuursdwang heeft besloten, maakt niet dat het niet meer bevoegd zou zijn om daartoe later op de dag over te gaan. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat het college gedurende de periode vanaf constatering tot daadwerkelijke ontruiming en verzegeling in overleg is getreden met de brandweer en [wederpartij]."
Op deze zaak was het oude recht nog van toepassing. Artikel 5:24 lid 6 Awb (oud) bepaalde:
"Indien de situatie dermate spoedeisend is dat het bestuursorgaan de beslissing tot toepassing van bestuursdwang niet tevoren op schrift kan stellen, zorgt het alsnog zo spoedig mogelijk voor de opschriftstelling en voor de bekendmaking." 

Deze regeling is nu ondergebracht in artikel 5:31 lid 2 Awb:
"Indien de situatie zo spoedeisend is, dat een besluit niet kan worden afgewacht, kan terstond bestuursdwang worden toegepast, maar wordt zo spoedig mogelijk nadien alsnog een besluit als bedoeld in het eerste lid bekendgemaakt."

Artikel 5:24 lid 6 Awb (oud) heeft het over de situatie die zo spoedeisend is dat de beslissing niet van te voren op schrift kan worden gesteld. Artikel 5:31 lid 2 Awb heeft het over de situatie die zo spoedeisend is dat een besluit niet kan worden afgewacht. 

Strikt genomen zijn dit verschillende situaties. In het eerste geval is het besluit door het bestuursorgaan genomen, maar nog niet op schrift gesteld. In het tweede geval is het besluit nog niet genomen. Uit de parlementaire geschiedenis blijkt echter dat de wetgever geen materiƫle wijziging heeft beoogd, zodat artikel 5:31 lid 2 Awb moet worden uitgelegd in de zin van artikel 5:24 lid 6 Awb (oud).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten