donderdag 28 juli 2011

Overgangsrecht en verjaring

ABRvS, 27 juli 2011. De Afdeling oordeelt in deze uitspraak dat de overtreder geen belang meer heeft bij de inhoudelijke behandeling van het hoger beroep tegen een last onder dwangsom omdat de bevoegdheid tot invordering van de dwangsom is verjaard. Een logische uitspraak. Wat echter opvalt is dat de last onder dwangsom is opgelegd voor 1 juli 2009 en dat de Afdeling overweegt dat de bevoegdheid tot verjaring, in afwijking van artikel 4:104 Awb, op grond van artikel 5:35 Awb verjaart door verloop van een jaar nadat zij verbeurd is.

De Afdeling heeft uitgemaakt dat artikel IV van de Wet vierde tranche ook van toepassing is op de invordering van verbeurde dwangsommen. Daarom verbaast het dat de Afdeling het huidige artikel 5:35 Awb aanhaalt, terwijl het besluit dateert van voor 1 juli 2009. Moet hieruit worden afgeleid dat de Afdeling van oordeel is dat artikel III van de Wet vierde tranche (dat het overgangsrecht voor de verplichting tot betaling van een geldsom bevat) van toepassing is op de verjaring van verbeurde dwangsommen? Of is het een vergissing?
LJN: BR3251

Geen opmerkingen:

Een reactie posten