De Coƶperatie for the Mobilisation of the Environment (MOB) had tegen de ENCI een verzoek tot handhaving van de Natuurbeschermingswet 1998 ingediend bij GS van Limburg. GS hadden dit verzoek afgewezen. Tegen die afwijzing was bezwaar gemaakt door de Stichting ENCI Stop (SES). GS betoogden dat zij bij nader inzien het bezwaar van SES niet-ontvankelijk hadden moeten verklaren omdat het verzoek niet door SES was ingediend en SES niet als belanghebbende bij een besluit tot afwijzing van een verzoek van MOB kan worden aangemerkt.
De Afdeling verwerpt dit betoog en overweegt daartoe het volgende:
"Nu het hier echter gaat om een besluit omtrent het al dan niet toepassen van handhavingsmaatregelen en een dergelijk besluit niet slechts op verzoek maar ook ambtshalve door het bevoegd gezag kan worden genomen, brengt de omstandigheid dat het verzoek niet door of namens SES is ingediend op zichzelf niet met zich dat zij niet als belanghebbende kan worden aangemerkt bij het besluit. Een andere opvatting zou bovendien tot het uit een oogpunt van effectieve geschilbeslechting onaantrekkelijke gevolg leiden dat SES alsnog een verzoek om handhaving zou kunnen doen, waarna na een bezwaarprocedure materieel hetzelfde geschil in een aparte procedure aan de bestuursrechter zou kunnen worden voorgelegd."
LJN: BQ4962
Geen opmerkingen:
Een reactie posten