donderdag 26 mei 2011

Opschorting werking last onder dwangsom

ABRvS, 25 mei 2011. Het college van B en W van Zaanstad had een last onder dwangsom opgelegd terzake van een overtreding van het vigerende bestemmingsplan. Het college had daarbij een begunstigingstermijn van 12 weken gehanteerd. Bij beslissing op bezwaar werd de begunstigingstermijn verlengd met zes weken na verzending van de beslissing. Nadat vijf weken verstreken waren, besloot het college om de werking van de last onder dwangsom op te schorten tot de uitspraak van de voorzieningenrechter op het door de overtreder ingediende verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening.

De rechtbank Haarlem legde dit aldus uit dat na de uitspraak van de voorzieningenrechter een nieuwe begunstigingstermijn van zes weken had aangevangen. De Afdeling corrigeert dit en overweegt dat door de opschorting van de werking van de last de begunstigingstermijn is onderbroken en na de uitspraak van de voorzieningenrechter is gecontinueerd, zodat de begunstigingstermijn een week na die uitspraak was verstreken. 

Een andere interessante overweging van de Afdeling gaat over de toepassing van artikel 4:6 Awb. De overtreder had een verzoek tot ontheffing van het bestemmingsplan ingediend ter legalisatie van de overtreding. Het college had dit verzoek op grond van artikel 4:6 lid 2 Awb afgedaan onder verwijzing naar de beslissing op bezwaar tegen de last onder dwangsom, waarin het college het standpunt had ingenomen dat het niet bereid was ontheffing te verlenen. 

De Afdeling overweegt dat artikel 4:6 Awb naar analogie kan worden toegepast bij verzoeken om terug te komen op rechtens onaantastbare beschikkingen, maar dat die situatie zich in dit geval niet voordoet. De Afdeling wijst er namelijk op dat de rechtsgevolgen van de beslissing op bezwaar zich beperken tot het handhavingsgeschil en zich dus niet tevens uitstrekken tot het verzoek tot ontheffing. Daarom had het college niet op de voet van artikel 4:6 lid 2 Awb kunnen volstaan met een verwijzing naar de beslissing op bezwaar. Desalniettemin laat de Afdeling de rechtsgevolgen van het besluit wel in stand.
LJN: BQ5942

Geen opmerkingen:

Een reactie posten